Heeft een CT-scan zijn plaats bij de diagnose van COVID-19?
Een CT-scan heeft zijn plaats bij de diagnose van COVID-19, maar het wordt niet als de primaire diagnostische methode gebruikt.
CT-scans kunnen worden gebruikt om de ernst van de longinfectie te beoordelen, vooral bij patiënten met ernstige symptomen. Ze kunnen helpen om de mate van longschade en ontsteking te visualiseren. COVID-19-patiënten vertonen vaak typische patronen op een CT-scan, zoals bilaterale grondglas-opaciteiten (GGO) en consolidaties, vooral in de perifere en posterieure delen van de longen. Deze bevindingen kunnen suggestief zijn voor COVID-19, maar zijn niet specifiek genoeg om als enige diagnostische methode te gebruiken.
Een CT-scan kan helpen om COVID-19 te onderscheiden van andere longaandoeningen zoals bacteriële longontsteking, longembolieën, of andere virale infecties, vooral in gevallen waar de klinische presentatie onduidelijk is.
De gouden standaard voor de diagnose van COVID-19 blijft de PCR-test (polymerase chain reaction) voor het detecteren van SARS-CoV-2 RNA. CT-scans worden meestal gebruikt in aanvulling op PCR-tests, vooral wanneer er een discrepantie is tussen klinische symptomen en testresultaten, of wanneer snelle diagnose en beoordeling van longbetrokkenheid nodig zijn.
CT-scans hebben hun plaats bij de diagnose en management van COVID-19, vooral voor de beoordeling van de ernst van de ziekte en differentiatie van andere aandoeningen.
Bron: https://www.who.int/publications/i/item/use-of-chest-imaging-in-covid-19
Auteur: Prof. Dr. Dirk Devroey - Laatste update: 2021-12-09 - Copyright: Clinifacts 2024
|
|