Verdwijnen de antistoffen tegen COVID-19 terug uit het bloed?
Antistoffen tegen COVID-19 kunnen na verloop van tijd uit het bloed verdwijnen, maar dit betekent niet noodzakelijk dat de immuniteit tegen het virus volledig verdwijnt. De dynamiek van antistoffen en immuniteit tegen SARS-CoV-2, het virus dat COVID-19 veroorzaakt, is complex en omvat verschillende aspecten van het immuunsysteem.
Na infectie met SARS-CoV-2 begint het lichaam antistoffen (immunoglobulinen) te produceren, meestal binnen enkele dagen tot weken. IgM-antistoffen verschijnen eerst en verdwijnen meestal na een paar weken. IgG-antistoffen ontwikkelen zich later en blijven doorgaans langer in het bloed aanwezig.
Studies hebben aangetoond dat IgG-antistoffen tegen SARS-CoV-2 enkele maanden na de infectie kunnen afnemen. Een onderzoek gepubliceerd in "Nature" vond dat IgG-antistofniveaus doorgaans binnen 3 tot 6 maanden na de infectie beginnen af te nemen.
Naast antistoffen, speelt het immuunsysteem ook op andere manieren een rol in langdurige bescherming. Geheugen B-cellen en T-cellen kunnen SARS-CoV-2 herkennen en snel reageren bij hernieuwde blootstelling aan het virus. Geheugen B-cellen kunnen bij herinfectie snel nieuwe antistoffen produceren. T-cellen helpen bij het vernietigen van geïnfecteerde cellen en ondersteunen de B-celrespons. Mensen die zowel gevaccineerd zijn als een natuurlijke infectie hebben doorgemaakt, kunnen een robuustere en langdurigere immuniteit ontwikkelen, soms aangeduid als "hybride immuniteit".
Bron: https://www.nature.com/articles/s41564-020-00813-8
Auteur: Prof. Dr. Dirk Devroey - Laatste update: 2023-12-11 - Copyright: Clinifacts 2024
|